De ambtenaren van de verzoekende autoriteit die krachtens de artikelen 9 en 10 aanwezig zijn in een andere lidstaat, dienen te allen tijde een schriftelijke opdracht te kunnen voorleggen, waarin hun identiteit en hun hoedanigheid zijn aangegeven.
Artikel 11
De ambtenaren van de verzoekende autoriteit die krachtens de artikelen 9 en 10 aanwezig zijn in een andere lidstaat, dienen te allen tijde een schriftelijke opdracht te kunnen voorleggen, waarin hun identiteit en hun hoedanigheid zijn aangegeven.